Catalogus 126

Catalogus 126

Catalogus 126

Kunstenaar
Jan van der Vaart
Datering
1931-2000

CVA 666
Vaas
Porselein, gegoten
Glazuur
21,5 x 11 cm
1981


Jan van der Vaart (1931-2000)
CVA 697
Vaas
Porselein, gegoten
Glazuur
27,5 x 10 x 12 cm
1981


Jan van der Vaart (1931-2000)
CVA 686
Vaas
Porselein, gegoten
Glazuur
27,5 x 9,5 cm
1981

Vanuit technisch en sociaal oogpunt begon Jan van der Vaart al in de jaren zestig seriematig te werken. Deze multipels werden in eerste instantie door Jan van der Vaart zelf vervaardigd afgewerkt met wit en bruin glazuur. Van Achterbergh schreef in de inleiding van de Pottenkijkercatalogus zeer positief over een bolkandelaar waarvan hij drie exemplaren bezat: “Met de in één stuk gegoten naar vier zijden doorbroken bolvorm, heeft Van der Vaart een voorwerp geschapen dat enerzijds een volmaakt stuk ambachtskunst is en anderszijds een feilloos gelukt, in serie te vervaardigen industrieel ontwerp.” Van Achterbergh beschouwde deze bollen volkomen gelijkwaardig aan unica van Van der Vaart.

In 1975 werd in het Stedelijk Museum te Amsterdam de tentoonstelling Jan van der Vaart keramische multipels georganiseerd. Van Achterbergh schreef de inleiding tot de catalogus, een gesprek tussen de pottenbakker en de verzamelaar. De tentoonstelling was een duidelijk statement van Van der Vaart, die daarmee liet zien dat zijn multipels, inmiddels door velen verfoeid als industrieel, niet onder deden voor zijn unica.
Van der Vaart reageerde verdedigend op de negatieve reacties die het werk opriep: “Het is allemaal handwerk, afzonderlijk afgewerkt, geglazuurd en gesigneerd. Het gieten maakt het mogelijk om in serie te werken en de prijs te drukken.” Het werk ligt volgens een recensent uit 1975 op de grens van pottenbakker-ceramist en industrieel vormgever, een grens die Jan van der Vaart in de jaren daarna vaker zou verkennen.

In de periode 1979 -1981 werden de multipels door de Koninklijke Tichelaar in Makkum vervaardigd en daarna weer door Jan van der Vaart zelf. Vanaf 1984 werden ze ook bij Rosenthal A.G. in Duitsland gegoten.
Van Achterbergh was wars van dit industrieel goed. Hoewel hij dit niet als onderdeel van zijn verzameling beschouwde, kocht hij er bij een atelieropruiming wel stukken van. Ze stonden in de garage en werden bij gelegenheid cadeau gedaan aan vrienden of familie.
Deze drie stukken heeft Jan van der Vaart in 1981 gemaakt in diverse kleuren. Het ontwerp van de middelste vaas vond Van der Vaart te ver doorgevoerd. De rechter vaas werd in Makkum ook als kandelaar in productie gebracht.

Meer objecten

Terug naar zoekresultaat