Catalogus 81

CVA 427
Dekselpot “ach wat zielig”
Aardewerk, gedraaid
Glazuur, ingegrifte decoratie
15,5 x 13 cm
1959
Literatuur: Pottenkijker 12
Lies Cosijn 1973, nr. 67
In bruikleen van de Stichting van Achterbergh-Domhof aan Museum het Princessehof

Lies Cosijn (1931) Porceleyne Fles
CVA 341
Potje met deksel “Maanvrouwen”
Aardewerk, gedraaid
Glazuur ingegrifte decoratie
9,5 x 9,5 cm
1958
Literatuur: Pottenkijker 2
Lies Cosijn 1973, nr. 25
Collectie Pottenkijker


Lies Cosijn (1931) en Jet Sielcken (1929) Porceleyne Fles
CVA 348
Kleine vaas met ingesnoerde halskelk “Giraffevrouwen”
Aardewerk, Gedraaid
Gegraveerd, glazuur
17 x 5 cm
1958
Literatuur: Pottenkijker 4
Lies Cosijn 1973, nr. 23

Adriek Westenenk (1933) Porceleyne Fles
CVA 345
Rank potje met deksel
Aardewerk, gedraaid
Ingekrast en vervloeid met glazuur
11 x 6,5 cm
1959
Literatuur:Pottenkijker 4
Adriek Westenenk 1970, nr. 7
Collectie Pottenkijker


De zelf gedecoreerde stukken van Adriek Westenenk hebben een heel ander karakter dan de potten met ingewikkelde figuratieve decoratie van Lies Cosijn. Het veelal abstracte decor voegt zich door de ingetogen aard harmonieus naar de vorm van haar potten.

Zeldzaam zijn de door Lies Cosijn zelf gedraaide vormen zoals hier het Potje met deksel “Maanvrouwen” met decoratie geïnspireerd op een gedicht van Lucebert. Meestal zijn de ronde potvormen door Cosijn opgekneed, zo zuiver dat zij nauwelijks van de gedraaide vorm te onderscheiden zijn. In tegenspraak hiermee, beweerde zij zelf dat ze te ongeduldig was om zelf potten te maken en dat zij er nooit in slaagde om iets rond of recht te krijgen.